Tijdens het Nedersaksisch Symposium op vrijdag 4 oktober is een uniek erfgoedstuk uit de middeleeuwse literatuur gepresenteerd: een Nedersaksische vertaling van een Hoogduitse ridderroman. Deze tekst is ontdekt door Dr. Hedzer Uulders in de archieven van Collectie Overijssel en biedt nieuwe inzichten in de Nedersaksische taal- en literatuurgeschiedenis.
Herontdekte geschiedenis
Al beschreven in een werkstuk uit 1988 en in een artikel uit 1995 over middeleeuwse handschriftfragmenten, bleef het slecht leesbare perkament destijds onopgemerkt. Pas in 2023 werd het door Uulders geïdentificeerd als een uniek Nederduits fragment, een vertaling van een ridderroman door de Oostenrijkse dichter Rudolf von Ems uit de 13e eeuw. Uulders zegt hierover: “Dit is een droomvondst voor elke onderzoeker en voor de Collectie Overijssel een schat van nationaal belang. Slechts enkele van dit soort ridderromans zijn bekend binnen de Middelnederduitse literatuur.”
De vertaling, waarschijnlijk uit de eerste helft van de 14e eeuw, bevat nog elementen van de originele Hoogduitse tekst. Volgens Uulders wijzen de taalkenmerken op het grensgebied tussen Nederland en Duitsland, mogelijk de graafschap Bentheim, al is dat niet met zekerheid vast te stellen.
Spectaculaire historische vondst
Dialectoloog Harrie Scholtmeijer van de Overijsselacademie onderstreept de uitzonderlijkheid van deze vondst: “De ontdekking van het fragment van de ridderroman in het Nedersaksische taalgebied is bijzonder, omdat deze vorm van literatuur tot nu toe alleen veel zuidelijker (Limburg, Brabant, Vlaanderen) werd aangetroffen. Geschriften in de taal van Overijssel waren er al wel, maar altijd ging het dan om ambtelijke stukken of geestelijk werk. De nu ontdekte tekst vult het gat tussen de 9e-eeuwse Heliand en de 17e-eeuwse Boerenvryagie. Dat maakt dat we van een spectaculaire vondst kunnen spreken”.
De fragmenten bevinden zich als rugstrookjes in het markeboek.
De fragmenten bevinden zich als rugstrookjes in het markeboek.
Het markeboek en de kunst van maculatuur
De fragmenten bevinden zich als rugstrookjes in een zogenaamd markeboek – een Oost-Nederlandse coöperatie van boeren die notulen en afspraken bijhielden. Dit boek, afkomstig uit de marke Holtheme bij Hardenberg (1506-1598), werd verstevigd met ‘maculatuur’: oude perkamenten of papieren fragmenten die in de boekbinderij hergebruikt werden. Deze ambachtelijke techniek heeft in dit geval bijgedragen aan het behoud van waardevol cultureel erfgoed, door fragmenten van vergeten literatuur een nieuwe functie te geven in de binding van administratieve geschriften.
Vervolgonderzoek
De komende tijd wordt het fragment verder onderzocht. De resultaten van het onderzoek worden gepubliceerd in een tijdschrift, zodat het fragment toegankelijk is voor vervolgonderzoek.
Bekijk ook het interview met Hedzer Uulders en Harrie Scholtmeijer voor RTV Oost.